All Categories
Featured
Table of Contents
De hond fungeert als gastheer voor deze parasiet en brengt deze over via de ontlasting in het gras (weiland of maaisel) dat de koe eet. Het Kenniscentrum Recreatie heeft hiernaar al in 2008 onderzoek laten doen. Neospora komt in Nederland voor op 76 procent van de melkvee bedrijven en 61 procent van vleesveebedrijven .
Deze kans is slechts 4,5 procent. Dat komt neer op 1,4 besmettingen per 100 runderen per jaar. De eigen hond van het bedrijf blijkt een belangrijke factor op bedrijven met Neospora - ibix. De hond van bezoekers of recreanten geeft dus een hele kleine extra kans op besmetting. Er zijn geen wettelijke regels.
Zij kunnen besmetting beperken door de eigen hond en andere honden hun behoefte te laten doen op plekken waar koeien er niet mee in aanraking komen zoals wegbermen, en de honden aan te lijnen op wandelpaden. Vraag: Heb ik voor een maïsdoolhof een vergunning nodig? Antwoord: Er zijn verschillende vormen van doolhoven en labyrinten op agrarische gronden.
Sommige gemeenten zullen dit plaatsen onder de medebestemming ‘extensief recreatief medegebruik’. Als de agrarische productie niet meer het hoofddoel is, maar recreatie, kan dit strijdig worden met de agrarische hoofdbestemming. Overigens: een doolhof (hagen; schermen) in een recreatiebestemming zal meestal goed passen, en in een natuurbestemming meestal onmogelijk zijn. • Bouwsels (bruggen, uitkijktorens), verhardingen (ook tijdelijk) en tijdelijke gebouwen zijn onderwerp van het bestemmingsplan (bouwmateriaal kinderen).
Dit dient u voor te leggen aan de gemeente. Handig is wellicht de evenementenvergunning. In deze vergunning zijn tevens afspraken te maken over parkeren, veiligheid, periode, openingstijden, ‘horeca’, afval e. d. zodat daarover geen misverstanden ontstaan. • Is het doolhof een structureel gebruik van een vaste plek (dus jaarlijks), dan is een (mede)bestemming noodzakelijk.
Vraag: De gemeente vraagt of ik een vergunning heb voor mijn huifkar. Waarom? En waar moet ik nog meer aan denken? Antwoord: Als er geen personen worden vervoerd met de huifkar is er geen vergunning nodig. Als de huifkar getrokken wordt door een motorvoertuig (bijvoorbeeld een tractor), dan mogen er geen personen worden vervoerd.
Als de huifkar getrokken wordt door een of meer paarden, mogen daarmee personen worden vervoerd. Sommige gemeenten hebben in hun Plaatselijke Verordening regels gesteld voor het gebruik van huifkarren; soms is daar dan een gemeentelijke vergunning of ontheffing voor nodig en worden ook eisen gesteld aan de bestuurder (vaardigheid) en huifkar (bewijs van deugdelijkheid) (bouwmateriaal kinderen).
De verzekeringsmaatschappij kan extra eisen stellen, bijvoorbeeld met betrekking tot de veiligheid van het voertuig (constructie, afsluitbare ingang, relingen e. d.) - kapsalon inrichting. Deze kunnen per maatschappij verschillen. Vraag: Moet de gemeente niet meewerken aan nieuwbouw als ik voor de nevenactiviteit de economische noodzaak aantoon? Antwoord: Op grond van jurisprudentie wordt een bedrijfsmatige activiteit ruimte geboden voor enige uitbreiding van een gebouw om de continuïteit van het bedrijf te behouden.
Maar het is geen ‘recht’. bouwmateriaal kinderen. Indien een nevenactiviteit in het bestemmingsplan is gedefinieerd als een ondersteunende en kleinschalige activiteit bij en voor een hoofdfunctie, is geen sprake van een zelfstandige bedrijfsmatige activiteit. Voor deze activiteit is er geen economische noodzaak voor uitbreiding. De verhouding van ruimtegebruik van de hoofdfunctie en nevenactiviteiten is van tevoren afgewogen.
De wens tot uitbreiding kan slechts binnen deze marge uitgebreid worden. bouwmateriaal kinderen. In de bouwregels is dan het maximale geregeld. Het economische aspect is daarbij helemaal niet relevant. Vraag: Mag de gemeente een exploitatieopzet of ondernemersplan vereisen van het gehele agrarische bedrijf bij het starten van een nevenactiviteit? Antwoord: De gemeente moet toetsen of het gebruik van grond en gebouwen overeenkomt met het bestemmingsplan.
Om te kunnen beoordelen of daarvan sprake is zijn kengetallen zoals voor de agrarische omvang, voldoende. Een boekhoudkundige onderbouwing is niet nodig, wel dus een bedrijfsmatige onderbouwing. Ook een nevenactiviteit moet beoordeeld worden op de criteria van het bestemmingsplan waarbij het gaat om de ruimtelijke effecten zoals m2 - welfsels. De economische betekenis of verhouding van de economische omvang van de neventak tot het agrarische bedrijf is niet relevant als het bestemmingsplan een nevenactiviteit formuleert als toegestaan bij een (volwaardig) agrarisch bedrijf.
Vraag: De gemeente vraagt naar mijn inkomsten van de nevenactiviteit om, zo zegt de gemeente, de bestemming te kunnen vaststellen - bouwmateriaal kinderen. Wat bepaalt mijn bestemming? Hoe zit dat? Antwoord: In elk bestemmingsplan is beoogde gebruik van grond en gebouwen opgenomen in de begripsbepalingen en bestemmingsomschrijving. In de begripsbepalingen wordt over het algemeen het agrarisch bedrijf gedefinieerd, waarbij soorten agrarische bedrijven worden onderscheiden.
Over het algemeen wordt gekozen ‘agrarisch bedrijf’. Dit betekent dat de gronden alleen voor het agrarisch bedrijf mogen worden gebruikt. Dit kan een te eng begrip zijn (bouwmateriaal kinderen). Gedacht kan worden aan de agrarische bedrijfsuitoefening of nog ruimer agrarisch gebruik. De gewenste landbouw moet goed gedefinieerd worden in relatie tot de effecten op die locatie.
Dat op de locatie een andere activiteit is die meer opbrengt aan inkomen, is slechts relevant als dit ruimtelijk meer bepalend wordt dan de hoofdfunctie (bijvoorbeeld door groot parkeerterrein). Is de hoogte van de inkomsten van de nevenactiviteit van belang? Het is van belang dat de hoofdfunctie volwaardig dan wel continueerbaar is.
Van belang is de ruimtelijke impact van een activiteit op de omgeving. De inkomensvraag is niet relevant. Helaas menen veel gemeenten dat dit wel relevant is want er is het kopje ‘economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid’ waar elk plan aan wordt getoetst. Is een niet rendabele nevenactiviteit dan opeens niet toegestaan? Bij welk toegerekend uurloon? In een overtollig gebouw? Kortom, eventuele cijfers voegen niets toe: de hoofdfunctie is de drager. bouwmateriaal kinderen.
Waarom kan ik niet gewoon 112 bellen? Antwoord: Voor elk bedrijf moet minimaal 1 bedrijfshulpverlener (bhv'er) beschikbaar zijn. Deze bhv'er moet binnen 3 minuten ter plaatse kunnen zijn bij een calamiteit. Als u minder dan 15 werknemers in dienst hebt of minder dan 50 bezoekers ontvangt, mag u zelf optreden als bhv'er (bouwmateriaal kinderen).
Voor kleine bedrijven kan dat een eenvoudig A4'tje zijn. Bij een groter bedrijf worden meer eisen gesteld aan de organisatie van de bedrijfshulpverlening. Natuurlijk mag u daarnaast 112 bellen, als u maar niet vergeet om de bhv'er in te schakelen. Vraag: Ik mag bepaalde luchtkussens niet verhuren van de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (VWA).
Volgens de NVWA mag ik de kussens wel in mijn eigen tuin plaatsen, maar niet in de tuin van een huurder. Dat begrijp ik niet. Antwoord: De CE-markering geeft aan dat het product voldoet aan de minimumeisen die door de EU zijn opgesteld op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu.
Latest Posts
Auto Snel Verkopen Goede Prijs - Autoopkoperbenelux.be
Auto Tweedehands Verkopen - Autoopkoperbenelux.be
Stoma Prolaps Operatie